De laatste jaren komt Alternaria in aardappel meer voor. In 2004 waren er vooral problemen in het Zuidwesten van Nederland. Ook werden hier verschillende partijen waargenomen met knolaantasting. Voor 2004 was knolaantasting door Alternaria in Nederland uiterst zeldzaam. Omdat Alternaria zelden problemen veroorzaakte, is er weinig onderzoek uitgevoe...
Trichodoriden veroorzaken de laatste jaren steeds meer problemen bij de teelt van zetmeelaardappelen. Deze aaltjes kunnen opbrengstverlies veroorzaken en daarnaast ook tabaksratelvirus overbrengen. Tabaksratelvirus veroorzaakt in gevoelige aardappelrassen kringerigheid in de knollen. Er zijn aanwijzingen dat er verschillen zijn tussen de aardappelr...
In Oostelijk en Zuidelijk Flevoland komen sinds de jaren ’90 problemen voor met de oogst van aardappelen. Na veel neerslag kan in het najaar plaatselijk veel regenwormen in de vochtige aardappelruggen voorkomen. De activiteit van regenwormen resulteert in versmering van de klei, dit resulteert onder drogende weersomstandigheden in een harde, betona...
Niet alle schade aan zetmeelaardappelen is aan de buitenkant te zien. Een deel van de (financiële) schade speelt zich onderhuids af. Teveel telers realiseren zich nog niet wat ze tijdens de bewaring van zetmeelaardappelen aan verliezen kunnen oplopen door teveel rooibeschadiging
Het PPO-AGV heeft een verkennende studie uitgevoerd om inzicht te verkrijgen in de omvang van de wildschade in diverse land- en tuinbouwregio's in Nederland en in de technische mogelijkheden om deze wildschade te beperken. Uit deze studie kwam naar voren dat de schade aan akker- en tuinbouwgewassen elk jaar aanzienlijk toeneemt. Met de inventarisat...
Overzicht van resultaten van onderzoek bij PPO, PRI en IRS naar mogelijke oplossingen voor de bestrijding van de bodemschimmel Rhizoctonia solani in de suikerbietenteelt. Gewassen en onkruiden die als waardplanten fungeren; gevoeligheid van gewassen en het effect op een volggewas suikerbieten (rot; wegval; suikeropbrengst); effect van verschillende...
Het PPO onderzocht de toepassing van dierlijke mest (varkensdrijfmest; effluent van zeugendrijfmest) in het voorjaar in de gewassen wintertarwe, zomergerst, suikerbieten, poot- en consumptieaardappelen. Toepassingstechniek en tijdstip, gewasschade, structuurschade en eventuele opbrengstderving worden besproken